Einde aan grote daling van voertuigdiefstallen
Het aantal autodiefstallen blijft afnemen, maar aan de spectaculaire dalingen van meer dan tien procent is een einde gekomen. Dat schrijft De Telegraaf op basis van cijfers van het Landelijk Informatiecentrum Voertuigcriminaliteit (LIV). In 2019 was de daling slechts 2,1 procent ten opzichte van het jaar daarvoor.
In 2019 wisselden 7107 personenauto’s op illegale wijze van eigenaar. Dat lijkt veel, maar in 1997 werden nog 28.000 auto’s gestolen. Sinds die tijd is sprake van forse dalingen, al lijkt nu de ondergrens in zicht, zo stelt Hendrik Steller van het LIV. Volgens hem worden auto’s momenteel vaak op bestelling gestolen en gaat het meer om de onderdelen dan om de auto zelf. Ook worden auto’s niet zozeer op traditionele wijze gestolen, maar door ze bijvoorbeeld te huren of te leasen met valse papieren. Tegen de tijd dat het verhuurbedrijf door heeft dat er iets mis is, is de auto al doorverkocht en is de huurder niet meer te traceren. Dat gebeurde 1254 keer in 2019, terwijl er in 2018 ‘maar’ 751 auto’s werden verduisterd.
Verschillen per leeftijd en merk
Dieven hebben vooral voorkeur voor twee jaar oude auto’s en dan met name voor de Audi A1, Toyota Aygo en Fiat 500. Over het algemeen wordt de Volkswagen Polo het meest (584) gestolen, gevolgd door de Volkswagen Golf (582). Het aantal diefstallen van lichte bedrijfsvoertuigen daalde van 1479 naar 1330. Ook werden er minder motorfietsen gestolen. In 2018 waren het er 1602 en vorig jaar 1579. Wel werden meer brom- en snorfietsen gestolen. Dat aantal steeg met 845 stuks tot 12.929. 35,6 procent van alle gestolen voertuigen wordt teruggevonden. Van de auto’s tussen de 3 en 6 jaar oud wordt echter maar 29 procent opgespoord. Wie zijn Audi A1 mist (kans 1 op 128), heeft maar 15 procent kans dat deze terugkeert. Exclusieve motorfietsen, zoals de Ducati en Harley, worden vrijwel nooit teruggevonden.