Ambulance steeds vaker te laat bij spoedmelding
Ambulances kwamen in 2016 vaker te laat bij spoedmeldingen. Bij spoedritten moeten ambulances in 95 procent van de gevallen binnen een kwartier ter plaatse zijn, maar in de praktijk lukt dat bij nog niet één op de acht ritten.
Landelijk gezien kwam de ambulance vaker dan 41.000 keer niet binnen een kwartier bij een spoedmelding. Een stijging van 1500 ten opzichte van 2015. Volgens vakbond FNV ligt het aan een structureel personeelstekort. Er zou sprake zijn van een leegloop bij de ambulancediensten. Medewerkers stappen over naar ziekenhuizen, vanwege de regelmatigere werktijden en de hogere salarissen. Daarom zouden volgens FNV de lonen omhoog moeten. Branchevereniging Ambulancezorg Nederland ziet dat echter niet als oplossing. Het personeelstekort zou de hele zorg parten spelen.
Onterechte ritjes
Wat ook meespeelt is dat er vaker een beroep wordt gedaan op een ambulance. Het aantal spoedmeldingen steeg tussen 2015 en 2016 van 610.000 naar 633.000. Vervelend daarbij is dat het zelden om echte spoedgevallen gaat. In maar liefst negen van de tien gevallen blijkt de ambulance achteraf niet nodig geweest te zijn. Een ander probleem is dat een kwart van de ambulancediensten verlieslijdend is en daarom dreigt te verdwijnen. Er zal op de eerste plaats iets moeten worden bedacht om te voorkomen dat ambulances uitrijden voor gevallen, die ook door elke huisarts opgelost kunnen worden.