Begrip gevraagd voor hogere tarieven particuliere beveiliging

Namens de leden van de Nederlandse Veiligheidsbranche doet voorzitter Ard van der Steur een dringend beroep op opdrachtgevers om begrip te hebben voor een noodzakelijke stijging van de tarieven van particuliere beveiligingsbedrijven.

Van der Steur stuurde de brief naar de leden van de branchevereniging, die hem weer kunnen doorsturen naar hun klanten. Hij schrijft: ‘U voert, verwacht ik, in deze periode de jaarlijkse contract- en indexeringsgesprekken met uw beveiligingsdienstverlener. Natuurlijk vertelt hij of zij u welke veranderingen er in de beveiligingsbranche spelen en doet hij een voorstel wat, rekening houdend met de te verwachten kostenverhogingen, het tarief in 2020 of de jaren daarna zal zijn.’

Lans breken
Als voorzitter zegt Van der Steur zich niet te willen bemoeien met individuele commerciële trajecten (dat is ook wettelijk verboden), maar dat hij wel specifiek in dit jaar in algemene zin een lans wil breken voor de beveiligingsbedrijven die elk jaar met veel opdrachtgevers het gesprek aangaan om tot een faire prijs te komen. ‘Want op 1 januari 2020 speelt er naast de reguliere verhogingen voortvloeiend uit de CAO Particuliere Beveiliging (CAO PB), de kostenstijgingen uit premies en pensioenen ook de invoering van de Wet Arbeidsmarkt in Balans (WAB), die juist in deze sector waar flexibiliteit essentieel is een grote impact heeft.’

Kostenstijgingen uit de CAO PB
In 2018 is de CAO PB voor vijf jaar afgesloten en enige tijd later algemeen verbindend verklaard voor de gehele sector. Een uitzondering vormen leden van branchevereniging VBe-NL, die een andere CAO hanteert. Bestaande CAO’s vallen buiten de algemeen bindendverklaring. Volgens de CAO PB hebben beveiligers per 1 januari 2020 recht op een loonsverhoging van 2,5% of hoger indien de CPI index hoger is dan 2,5%. Dezelfde loonstijging is ook afgesproken voor de jaren 2021, 2022 en 2023. Daarnaast is in de CAO PB afgesproken dat de arbeidsduur wordt verkort van 152 naar 144 in 2023. Het effect hiervan is dat het uurloon van de beveiliger per 1 januari 2023 met zo’n 5,5% additioneel stijgt. Hierdoor blijft het werken in de beveiliging aantrekkelijk en wordt de werkdruk in de onregelmatige diensten verlaagd, aldus Van der Steur. Het betekent echter ook dat als dienstverlening opnieuw wordt aanbesteed tot en met 2023 of daarna, beveiligingsbedrijven hiermee rekening moeten houden in hun tariefstelling.

Wet Arbeidsmarkt in Balans
Voor de korte termijn (per 1 januari 2020) geldt dat de kostenstijgingen voortvloeiend vanuit de CAO PB ten minste 2,5% plus de reguliere in de CAO afgesproken periodieke verhoging omvat. De gevolgen van de Wet Arbeidsmarkt in Balans komen daar komend jaar nog bovenop. De belangrijkste consequentie van invoering van de WAB is dat inzet van flexibele arbeid duurder wordt. Natuurlijk zijn er opdrachten met over het jaar een relatief vast aanbod aan werk. Maar veel opdrachten kennen een dynamiek waardoor een flexibele schil nodig is om pieken en dalen te kunnen opvangen, om mogelijkheden te hebben om incidenteel snel op en af te kunnen schalen etc. Binnen de beveiliging is het werken met flexibele krachten volgens Van der Steur ook nodig omdat veel opdrachtgevers iedere 3 tot 4 jaar hun diensten opnieuw aanbesteden. De hieruit voortvloeiende en mogelijk onzekere mutaties in de klantenportefeuille dwingt bedrijven eveneens tot het inzetten van flexibele arbeid.

Transitievergoeding en gedifferentieerde WW-premie
De stijging van loonkosten als gevolg van de WAB per 1 januari 2020 zit in met name in de transitievergoeding en de gedifferentieerde WW-premie. Beveiligers krijgen over elke gewerkte dag het recht op een transitievergoeding. Nu is dat nog slechts verschuldigd nadat een dienstverband twee jaar heeft geduurd. Deze transitievergoeding behelst zo’n 2,8% van de loonsom voor deze groep medewerkers.
Op dit moment betalen werkgevers 4,36% WW-premie. De invoering van de WAB betekent dat de WW-premie per 2020 voor flexibel inzetbare beveiligers stijgt naar 7,94%. De feitelijke kostenstijging voor uw beveiligingspartner zal afhankelijk zijn van een mix in vast personeel en flexibel personeel. Vast staat dat er ook hier sprake is van een serieuze kostenstijging afhankelijk van de samenstelling van het personeelsbestand.

Overige wijzigingen
Naast bovenstaande wijzigingen wordt een beveiligingsbedrijf net als elk jaar ook het komende jaar geconfronteerd met kostenontwikkelingen. Van der Steur noemt er twee. De eerste zijn de in de CAO PB afgesproken periodieke verhogingen. Jaarlijks ontvangt een deel van de beveiligers een automatische loontrede op basis van ervaringsjaren. De jaarlijkse kostenstijgingen die hiermee gemoeid is schat hij tussen de 0,5% en 1,5% afhankelijk van de samenstelling van het personeelsbestand. Daarnaast spelen de door overheidswege opgelegde wettelijke en sociale premies een rol in de tariefstijging. Deze zijn deels bedrijfsafhankelijk.
De beveiligingsdienstverlener is er volgens de voorzitter van de Nederlandse Veiligheidsbranche op ingespeeld om flexibel op de vraag van klanten in te spelen maar wordt nu geconfronteerd met externe kostenstijgingen door een wettelijke regeling die voor iedereen geldt. Hij of zij zal het gesprek aangaan om die kosten door te berekenen in het tarief dat hij nodig acht om kwalitatief goede en betrouwbare dienstverlening te kunnen leveren. Van der Steur hoopt van harte dat opdrachtgevers en hun beveiligingsdienstverleners ook voor 2020 en de jaren daarna op een wederzijds gezonde financiële basis met elkaar kunnen samenwerken. ‘Want alleen zo zorgen we daadwerkelijk voor meer veiligheid!’

Deel dit artikel via: