Drugsverdachten op vrije voeten door ondercapaciteit rechtspraak

Regelmatig gebeurt het dat verdachten van drugshandel na hun arrestatie voorlopig vrij worden gelaten. Dat komt omdat zij anders te lang in voorarrest moeten zitten, want het duurt steeds langer voordat strafzaken behandeld kunnen worden. Dat zegt officier van justitie Aidan van Veen tegenover het AD.
De officier noemt de gang van zaken een doodsteek voor serieuze criminaliteitsbestrijding. Hoe complexer de zaak, hoe groter de kans dat verdachten op vrije voeten komen. Anders ontstaat de mogelijkheid dat het voorarrest langer duurt dan de op te leggen straf. Ook verdachten die duizenden kilo’s cocaïne zouden hebben gesmokkeld, hoeven vaak niet in voorarrest. Van Veen is ook bang dat complexe strafzaken minder prioriteit gaan krijgen, omdat ze zoveel van de schaarse capaciteit vergen. Zowel het Openbaar Ministerie als de rechtspraak kampen met grote personeelstekorten.
Criminele activiteiten voortzetten
Bij het gerechtshof zijn de wachttijden nog langer. Het kan tot wel vijf jaar duren voordat verdachten tot een gevangenisstraf worden veroordeeld. In afwachting daarvan kunnen zij hun criminele activiteiten voortzetten. Volgens hoogleraar Strafprocesrecht Sven Brinkhoff maakt dit duidelijk hoe zwaar overbelast de strafrechtelijke keten is. Maar hij geeft aan dat de hoofdregel nog altijd is dat een verdachte zijn strafproces in vrijheid mag afwachten. Voorlopige hechtenis is volgens hem geen voorschot op een straf, maar een maatregel om te voorkomen dat iemand bijvoorbeeld naar het buitenland vlucht. Ook de rechtbank benadrukt dat verdachten nog geen veroordeelden zijn. Dat zaken zo lang duren, ligt overigens niet altijd aan de rechtspraak. Soms zijn er ook veel onderzoekswensen vanuit de verdediging, die behoorlijk wat tijd vergen. Voor de verdachte is het dan een meevaller als de voorlopige hechtenis wordt opgeschort.