Europees akkoord over vingerafdruk op ID-kaart
Het wordt over twee jaar verplicht dat op de chip van nieuwe, door EU-landen uitgegeven identiteitskaarten twee vingerafdrukken van de kaarthouder komen te staan. Daarover hebben onderhandelaars van de lidstaten en het Europees Parlement een akkoord bereikt.
Het toevoegen van biometrische identificatie is op de eerste plaats bedoeld om document- en identiteitsfraude door criminelen en terroristen tegen te gaan. Aanvankelijk was het Europese parlement tegen de verplichting vanwege een mogelijke inbreuk op de privacy van de kaarthouder. Vooral de sociaaldemocraten zagen liever dat de verplichte vingerafdrukken tot een nationale bevoegdheid beperkt zouden blijven. Het beleid van de EU is echter dat er één type kaart komt met het formaat van een creditcard, een landcode, een foto en twee vingerafdrukken. Bestaande kaarten hoeven niet vervangen te worden voordat hun geldigheid is verlopen. Die is op het moment vijf jaar. De nieuwe kaarten worden tien jaar geldig. Dat betekent dat over zeven jaar iedereen een ID-pas met vingerafdrukken zal hebben. In paspoorten worden vingerafdrukken al langer verwerkt, wat ook een voorwaarde is om landen als de Verenigde Staten binnen te komen. Aanvankelijk werden ook vingerafdrukken in ID-kaarten verwerkt, maar daar stopte Nederland mee omdat er nog geen Europese verplichting was.