Europees Parlement geteisterd door diefstallen
In de gebouwen van het Europarlement in Brussel en Straatsburg is het afgelopen jaar twee keer zoveel gestolen als in 2019. Dit zou komen omdat veel mensen vanwege corona thuiswerken en er dus minder sociale controle is. Ook de schade door de diefstallen is verdubbeld.
Dieven hebben het vooral voorzien op elektronica, zoals laptops, smartphones en tablets. De beheerders van de gebouwen hebben inmiddels extra beveiligingsmaatregelen genomen en de Parlementariërs en hun medewerkers gewaarschuwd om kostbaarheden niet onbeheerd achter te laten. Dat laatste is merkwaardig, omdat de diefstallen vooral in de kantoren plaatsvonden, waar kasten werden opengebroken. In een enkel geval werd de kast opengemaakt met een sleutel die in een bureaulade werd gevonden.
Voor de coronacrisis vonden ook wel diefstallen plaats in de gebouwen van het Europees Parlement, maar nooit zoveel als in het afgelopen jaar, terwijl er minder mensen aanwezig waren en er dus ook minder viel te stelen. Volgens de begrotingscontrolecommissie ging het om 199 diefstallen,
Beveiligingsdienst
De diefstallen leveren jaarlijks een schade op van zo’n 60.000 euro, maar in 2020 werd voor 127.000 euro gestolen. De inbraken vonden vooral plaats op rustige momenten tijdens de openingsuren. Doordat Parlementariërs voortdurend heen en weer reizen tussen Brussel en Straatsburg, valt het nauwelijks op als mensen met computers door de gangen lopen.
Dat de inbrekers zomaar naar binnen kunnen is opmerkelijk. Het Europees Parlement heeft een eigen bedrijfsbeveiligingsdienst, DG SAFE, die maar liefst 756 personeelsleden telt en met 23 miljoen euro per jaar 1,5 procent van de totale begroting van de instantie kost.
Het is niet bekend gemaakt of met de gestolen computers en telefoons ook vertrouwelijke gegevens van het Europees Parlement in verkeerde handen zijn gevallen.