83 procent van de natuurhandhavers (groene boa’s) ziet de laatste jaren de overlast van recreanten toenemen. Het gaat om vervuiling, maar ook om agressie en zelfs om levensgevaarlijke sabotageacties. 94 procent van de handhavers vindt dat er meer geld nodig is om natuurgebieden schoon en veilig te houden.

Vooral nu door corona een vakantie in het buitenland niet echt aantrekkelijk is, vinden veel mensen hun weg naar de natuurgebieden in Nederland. Meestal gewoon om met respect van de natuur te genieten, maar steeds vaker ook om illegale feesten te vieren, een kampvuur aan te steken in een kurkdroog bos of te kamperen op plaatsen waar dat niet mag. Driekwart van de 158 door tv-programma De Monitor geënquêteerde groene boa’s ervaart dat de toenemende recreatie nadelige effecten heeft op de kwetsbare natuurgebieden. 98 procent heeft het drukker zien worden en 83 procent zegt dat dit leidt tot overlast, zoals vervuiling, rustverstoring, agressie, illegaal kamperen en open vuur op plaatsen waar dat een bosbrand kan veroorzaken.

Toenemende agressie
De boa’s zien ook een toenemende agressie tussen recreanten onderling. Vooral mountainbikers moeten het daarbij ontgelden. Er worden punaises of glasscherven op hun paden gestrooid, maar ook valkuilen gegraven of zelfs draden boven de paden gespannen, wat tot dodelijke ongelukken kan leiden. Met de huidige capaciteit zijn de problemen niet het hoofd te bieden, vinden de groene boa’s, die benadrukken dat er meer geld nodig is om de handhaving met de toegenomen drukte op pijl te kunnen houden. Bijna de helft van de boa’s klaagt dat het toerisme in de natuur momenteel de spuigaten uitloopt. Dat speelt trouwens al enkele jaren, maar is dit jaar vanwege de coronacrisis erger dan ooit.

De Monitor besteedt 7 september om 22.15 aandacht aan deze kwestie op NPO2.