Justitie komt met beleid tegen wapenbezit in jongerencultuur
Messengeweld van drillrappers moet weg uit jongerencultuur. Dat zei minister Grapperhaus van Justitie & Veiligheid vrijdag tijdens een bijeenkomst in Spijkenisse. Komende zomer wordt een plan van aanpak gepresenteerd dat het probleem van wapenbezit onder jongeren bij de wortel moet aanpakken.
Minister Grapperhaus sprak met burgemeesters, politie, jongeren en jongerenwerkers. Hij wil het probleem aanpakken in nauwe samenwerking met gemeenten, onderwijs en politie. De bewindsman verwacht wel dat het minimaal een jaar kan duren voordat jongeren het dragen van wapens niet langer als statussymbool beschouwen. Misplaatste flinkheid, noemt hij dat. Ontstaan door videoclips van zogenoemde drill-rappers, die wapengebruik verheerlijken. Het plan van aanpak van J&V is erop gericht om de geloofwaardigheid van de drillrappers heel erg aan te tasten bij de jeugd, zodat het bezit van wapens iets wordt dat jongeren niet willen. “Een lastige opgave, maar daar gaan we wel voor”, aldus de minister.
Preventief fouilleren
De aanpak is hard nodig, want er vallen steeds vaker slachtoffers door wapengeweld. Met name in Rotterdam zijn regelmatig steekincidenten met jongeren. Begin dit jaar kostte dat bijna het leven aan een 16-jarige leerling van het Gemini College in Ridderkerk.
Nu vanwege de coronamaatregelen gestopt is met preventief fouilleren, blijkt het wapenbezit weer snel toe te nemen onder jongeren. Groepsdruk vormt daarbij een belangrijke oorzaak. Zonder mes hoor je er niet bij. Het verbieden van messen ligt juridisch lastig. Burgemeester Aboutaleb van Rotterdam kwam eerder met het plan om ouders een boete van 2500 euro te geven als hun kind voor de tweede keer met een mes wordt betrapt. Grapperhaus ziet dat niet zitten, omdat deze jongeren vaak uit een sociaal-economisch zwak milieu komen, waarbij zo’n boete alleen maar voor nog meer ellende zorgt. Wel wil hij ouders medeverantwoordelijk maken voor het creëren van een gedragsverandering bij hun kinderen.