Kabinet zou te weinig doen aan corruptiebestrijding
Nederland doet volgens de Raad van Europa (GRECO) te weinig om zich beter te beschermen tegen corruptie in de hoogste kringen. Met aanbevelingen van het anticorruptie-orgaan zou de afgelopen jaren niets zijn gedaan.
GRECO stelde in 2019 al vast dat Nederlandse ministers, staatssecretarissen en hun politieke adviseurs kwetsbaar zijn voor beïnvloeding door lobbyisten en corruptie. Dit komt onder andere omdat er nauwelijks wordt gecontroleerd. Het zogenoemde Blauwe Boek, de handleiding die ministers en staatssecretarissen bij hun aantreden krijgen, zou niet toereikend zijn om het aannemen van smeergeld of andere vormen van omkoping tegen te gaan, vindt het Europese anticorruptie-orgaan. Daarom wil het dat er een algemene gedragscode komt, die de kans op belangenverstrengeling en corruptie moet verkleinen. Naleving van de gedragscode dienst gecontroleerd te worden en overtredingen moeten worden bestraft. Dat bestraffen zou door de premier moeten gebeuren, want GRECO heeft daar zelf geen bevoegdheden voor. De organisatie maakt geen deel uit van de Europese Unie, maar is na de Tweede Wereldoorlog opgericht door Europese landen om de democratie, de rechtsstaat en de mensenrechten te bevorderen. Binnen GRECO werken 48 Europese landen en de Verenigde Staten samen.