De Autoriteit Persoonsgegevens heeft de afgelopen vijf jaar niet minder dan 455 meldingen van datalekken ontvangen van het ministerie van Justitie en Veiligheid. Dat blijkt uit een verslag dat is aangeboden aan de Tweede Kamer.

Het is nog niet bekend hoe vaak het dit jaar mis ging, maar vorig jaar waren er 139 datalekken en het jaar daarvoor 143. In 2018 lekte het ministerie nog 96 keer gegevens en in 2017 ‘maar’ 41 keer. In 2016 ontving de AP 36 meldingen. De datalekken vinden niet alleen bij het ministerie zelf plaats, maar ook bij aangesloten organisaties, zoals de dienst Justis, die Verklaringen omtrent Gedrag uitgeeft, de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en het Nederlands Forensisch Instituut. Volgens minister Grapperhaus ontstaan de datalekken met name door fouten van medewerkers. Die versturen bijvoorbeeld e-mails naar verkeerde personen of vergeten gegevens te anonimiseren. De gevolgen kunnen ernstig zijn. Zo kunnen advocaten van criminelen persoonsgegevens van getuigen in handen krijgen. Het ministerie kwam met de cijfers naar buiten, nadat de vaste commissie voor Justitie en Veiligheid daarom gevraagd had. Grapperhaus schrijft dat binnen zijn ministerie inmiddels een verplichte cursus is gestart over het veilig omgaan met (digitale) informatie.