Belgische politie liet dertien kansen liggen om aanslagen Parijs te voorkomen
Volgens de Belgische krant De Tijd heeft de politie zeker dertien keer geblunderd of kansen laten liggen om de vorig jaar gepleegde aanslagen in Parijs te voorkomen. De kant baseert zich op het rapport dat toezichthouder Comité P maakte over het functioneren van de Belgische politie.
De Tijd zegt het voor de onderzoekscommissie Terroristische Aanslagen gemaakte rapport te hebben ingezien. Hieruit zou blijken dat in zes van de dertien gevallen fouten zijn gemaakt door gebrek aan mankracht. Er werd bijvoorbeeld niets gedaan met telefoongegevens uit januari 2015, waaruit bleek dat hoofdverdachte Salah Abdeslam contact had met bekende terreurverdachten. Ook een onderzoeksdossier van de Belgische antiterreureenheid over zelfmoordterrorist Bilal Hadfi werd terzijde gelegd. Tien maanden voor de aanslagen wist de politie al dat de broers Abdeslam waren geradicaliseerd en dat Salah Abdeslam contact had met IS-sleutelfiguur Abdelhamid Abaaoud. Verder werd een vraag vanuit Spanje, gesteld in maart vorig jaar, over een reis van Brahim Abdeslam pas na de aanslagen beantwoord.
Onder vuur
De Belgische politie ligt al langer onder vuur, aldus De Tijd. Onder andere omdat een tip uit juli 2014 werd genegeerd dat de broers Abdeslam een aanslag zouden voorbereiden. Maar ook in 2013 kwam het Comité P al met een vernietigend rapport over de manier waarop de Belgische politie omgaat met informatie over terrorisme. Tussen juli 2014 en augustus 2015 lag zelfs de hele nationale terrorismedatabank plat door een softwareprobleem en gebrek aan personeel.