Eén-loket-benadering voor nafase aanslagen en rampen
Slachtofferhulp Nederland pleit op haar symposium vandaag, ter gelegenheid van de Europese Dag van het slachtoffer, voor een één-loket-benadering voor de fase na een aanslag of ramp. Getroffenen hebben volgens de organisatie behoefte aan eenduidige informatie, erkenning, immateriële hulp en steun, financieel herstel en genoegdoening.
Om in de nafase in eenduidige informatie, erkenning, immateriële hulp en steun, financieel herstel en genoegdoening te voorzien, is een complex proces. Hierbij zijn namelijk veel verschillende overheidsdiensten en instanties betrokken. Slachtoffers zijn erbij gebaat wanneer zij gedurende langere tijd deze verschillende vormen ondersteuning via een één-loket-benadering kunnen vinden.
Hulp en herstel na ramp of aanslag
Tijdens het jaarlijkse symposium ter gelegenheid van de Europese Dag van het Slachtoffer (22 februari) wordt gesproken over het thema ‘hulp en herstel na een ramp of aanslag’. De vijf pijlers van de nafase. Slachtofferhulp Nederland brengt dit thema om twee redenen voor het voetlicht. De eerste is dat Nederland de afgelopen zes jaar met enige regelmaat werd opgeschrikt door gebeurtenissen met een grote maatschappelijke impact. De vliegramp bij Tripoli, de schietpartij in Alphen aan den Rijn, MH17 en het misbruiken van tientallen kleine kinderen door Robert M. De tweede reden is de dreiging van een aanslag. In Nederland is dat nog gebeurd, maar het dreigingsniveau is substantieel (bron: www.nctv.nl). In Spanje, Engeland en recent Frankrijk vielen al vele doden en gewonden te betreuren.
Eén loket en intensieve samenwerking
Om slachtoffers in de nafase zo goed mogelijk te ondersteunen pleit Slachtofferhulp Nederland voor een één-loket-benadering voor getroffenen na calamiteiten en daarnaast voor intensievere samenwerking tussen landen van de Europese Unie in de ondersteuning van getroffenen in de nafase. Met de nafase bedoelt Slachtofferhulp Nederland de periode na de inzet van hulpdiensten vanuit de regionale of landelijke crisisorganisaties. Brandweer, politie, geneeskundige dienst en incidentgemeente hebben de klus geklaard en schalen af. Maar voor de getroffenen begint het dan eigenlijk pas. De fysieke, psychosociale en financiële gevolgen doen zich voor hen nog maanden en vaak jaren na de crisis gelden.
Aanpak bij terrorisme
De Europese Unie werkt op dit moment aan een Richtlijn voor de aanpak van terrorisme. Nu is er geen overdracht naar hulporganisaties in het land van herkomst voor de nafase. Zo is er nog geen internationaal systeem voor uitwisseling van informatie en opvolging van de hulpverlening. Slachtofferhulp Nederland pleit ervoor om in de nieuwe richtlijn ook de intensievere samenwerking tussen de slachtofferhulporganisaties te regelen. Slachtofferhulp Nederland vindt daarnaast dat alle rechten die slachtoffers van criminaliteit hebben onverkort moeten gelden in geval van terrorisme. En tenslotte is Slachtofferhulp Nederland van mening dat geen aparte organisaties voor de ondersteuning van slachtoffers van terrorisme moeten worden opgericht. Bestaande organisaties kunnen met weinig extra inspanningen die rol prima vervullen.