Beveiliging nieuws

Onze partners

De Beveiligingsjurist

CardAccess

Kiwa

Explicate

2N

ARAS

PG Security Systems

Connect Security

Paxton

VVNL

Masset Solutions

HID

Seris

Brivo

Nimo Drone Security

OSEC

Advancis

Traka ASSA ABLOY

Alarm Meldnet

Trigion

HD Security

Koninklijke Oosterberg

Oribi ID Solutions

Top Security

Eagle Eye Networks

Service Centrale Nederland

DZ Technologies

VAIBS

Sequrix

VBN

SOBA

VideoGuard

Crown Security Services

GFT

Nenova

NetworxConnect

Hikvision

ASIS

RoSecure

ASSA ABLOY

SmartCell

EAL

20face

CDVI

Bosch Security Systems

Seagate

Avigilon Alta

BHVcertificaat.online

Lobeco

JMB Groep

CSL

Add Secure

Securitas

Akuvox

ADI

Dero Security Products

SMC Alarmcentrale

Nimo Dog Security

i-Pro

Bydemes

Gold-IP

Multiwacht

Unii

Centurion

Uniview

IDIS

Secusoft

Hanwha Vision Europe

G4S

Milestone

VEB

MPL

Dahua

Genetec

Ajax Systems

Paraat

Optex

Boon Edam

Alphatronics

SmartSD

NIBHV

Regio Control Veldt

Eizo

Inspectie J&V: te grote verschillen tussen de Veiligheidsregio’s

28 januari 2020
Redactie
04:33

Veiligheidsregio’s bereiden zich op hun eigen wijzen voor op het verlenen van hulp na een aanslag. De Inspectie Justitie en Veiligheid ziet risico’s in de afwijkende manieren waarop zij dit doen. Zo kan het mis gaan als de Veiligheidsregio’s bij een groot incident moeten samenwerken.

Zo schatten de regio’s de kans op een terroristische aanslag niet eenduidig in en oefenen zij in een andere frequentie. Daardoor kunnen verschillen ontstaan in hulpverlening aan burgers en in de veiligheid van het personeel. Die verscheidenheid kan ook de regio-overschrijdende hulpverlening bemoeilijken. Temeer daar regio’s nog nooit landelijk geoefend hebben met het Nationaal Crisiscentrum (NCC, de crisisorganisatie van het rijk), concludeert de Inspectie JenV in haar onderzoek ‘De voorbereiding op hulpverlening na een terroristische aanslag’.

Samenwerking bemoeilijken
Nederland telt 25 veiligheidsregio’s. Deze moeten zich voorbereiden op de bestrijding van rampen en crises zoals een terroristische aanslag. Het bestuur bestaat uit de burgemeesters van de steden in de regio. Het lokaal gezag is verantwoordelijk voor de voorbereiding en mag hierin eigen keuzes maken. Het is dus logisch is dat er verschillen zijn tussen regio’s.
De verschillen zorgen er echter voor dat personeel niet overal even goed is getraind. Dat kan samenwerking tussen regio’s bemoeilijken. Indien een aanslag wordt gepleegd, zijn waarschijnlijk hulpacties in meer dan één regio nodig of heeft de getroffen regio bijstand nodig van andere regio’s.

Verschillende risico-inschattingen
Veiligheidsregio’s passen verschillende methodes toe om de kans op een aanslag in te schatten. De uitkomsten van de risico-inschattingen verschillen mede daardoor. Door die diverse methodes is niet vast te stellen of een regio echt een hoger risico loopt of dat dit komt door een andere wijze van inschatten. Daarbij geldt dat de impact van een aanslag overal gelijk is. Dat de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid in december 2019 na het vaststellen van dit inspectierapport het dreigingsniveau heeft afgeschaald van ‘substantieel’ naar ‘aanzienlijk’ maakt dit niet anders, aldus de Inspectie.

Ringenmodel
De regio’s gaan verschillend om met een algemeen zogeheten ‘ringenmodel’ dat een aanslaggebied in gevarenzones verdeelt. De zoneverdeling dient om hulpverleners zo veilig mogelijk te laten werken terwijl ze toch slachtoffers helpen. Werkwijzen wijken echter af omdat regio’s die zones op hun eigen manier interpreteren. Verder oefent de ene regio meer met deze zones dan de andere. Oefeningen verschillen daarom inhoudelijk en in frequentie. De ene regio oefent regelmatig. De ander doet dat sporadisch of loopt niet het gehele aanslagscenario door. Een aanslag kan ook zo’n grote impact hebben dat landelijke coördinatie nodig is vanuit het NCC. Het NCC heeft echter nog nooit geoefend met een veiligheidsregio.

Uitrusting
Ook de uitrusting van hulpverleners verschilt. Politie en ambulancepersoneel beschikken over beschermende kleding, de brandweer niet. Die ongelijkheid kan wringen als zij samen in dezelfde gevarenzone moeten werken.Ringenmodel
De Inspectie JenV geeft het NCC en de regio’s de aanbeveling om samen het aanslagscenario te oefenen. Ze beveelt de veiligheidsregio’s aan te zorgen voor een beter onderbouwde risico-inschatting. Ook dient elke regio het ringenmodel hetzelfde uit te leggen en toe te passen. Verder dienen zij zó te oefenen dat alle bijzonderheden van een aanslagscenario aan bod komen. De Inspectie JenV beveelt hen aan te zorgen voor een gelijkwaardige uitrusting van de hulpdiensten wanneer het optreden daar om vraagt.

Deel dit artikel via:

Vlog 2

Premium partners

Videoguard

Suricat

MPL

Seagate

Wordt een partner