Politieonderwijs wordt ingrijpend veranderd

Het basispolitieonderwijs wordt gemoderniseerd. Het gaat om een ingrijpende verandering, die al in 2021 wordt doorgevoerd. Zo gaat de basispolitieopleiding van 3 naar 2 jaar. Studenten kunnen zich specialiseren in gebiedsgebonden politiewerk of opsporing.

De politietaken en daarmee het politiewerk zijn in de afgelopen tien jaar behoorlijk veranderd. Daarnaast verlaten in de periode van 2020 tot en met 2025 ruim 14.000 (fte) ervaren politieagenten de politie. En dat terwijl nu al sprake is van forse druk op de capaciteit. Om nu en in de toekomst beter op de praktijk aan te sluiten, werken de politie, het ministerie van Justitie en Veiligheid en de vakorganisaties aan hervormingen van het politieonderwijs. Een van de doelstellingen is dat studenten dan eerder kunnen instromen in de basisteams.

Andere kennis en vaardigheden
Het op peil houden van de sterkte is niet de enige reden voor de hervormingen in het basispolitieonderwijs. “Het huidige onderwijs is gebaseerd op het politiewerk van tien jaar geleden en sluit niet meer goed aan op de wereld van nu”, zegt directeur Gerrit den Uyl van de Politieacademie. “De taken van de politie zijn anders geworden. Er zijn nieuwe verantwoordelijkheden bijgekomen. Dit vraagt om andere kennis en vaardigheden. Met het nieuwe politieonderwijs maken we de stap naar een nieuwe, meer eigentijdse manier van opleiden.”

On- en offline onderwijsprogramma
Het eerste leerjaar van het nieuwe BPO staat in het teken van de theorie. De studenten volgen een on- en offline onderwijsprogramma. Hierbij worden klassikale lessen en trainingen afgewisseld met e-learning, webinars en online video’s. Uiteindelijk komen er twee uitstroomprofielen. Die van politieagent GGP (gebiedsgebonden politiewerk) of politieagent Opsporing. Het korps bepaalt waar de behoefte ligt en in welke verhoudingen. De nadruk zal liggen op uitstroom GGP. Na negen maanden opleiding splitsen deze profielen in het onderwijsaanbod. In het tweede jaar gaan de studenten ervaring opdoen in de praktijk.

Praktijkperiode
Er wordt ook gekeken naar een nieuw begeleidingsmodel, zodat de studenten maximaal voordeel kunnen halen uit hun praktijkperiode. Alles is erop gericht om in februari 2021 te starten met de eerste pilots met nieuwe studenten. Het is de bedoeling dat vanaf mei 2021 ook de huidige studenten overgaan op het nieuwe programma. Alle studenten zijn en blijven, ongeacht hun uitstroomprofiel, generiek inzetbaar.
Door de ontwikkelingen in het onderwijs en de huidige coronacrisis is besloten om de lichting aspiranten van week 41 (N4 opleiding) van dit jaar door te schuiven. Degenen die al aangesteld zijn kunnen naar verwachting voorjaar 2021 starten in het nieuwe basispolitieonderwijs. Het niet instromen van deze lichting dit jaar wordt op een later moment door de werking van het nieuwe onderwijsprogramma en de omvormingen van de bestaande N3 en N4 opleidingen ruimschoots goed gemaakt.

Uitwerken nieuw onderwijsprogramma
De omslag naar nieuw politieonderwijs én een nieuw praktijkbegeleidingsmodel vraagt veel voorbereidende activiteiten. “Er zal de komende maanden intensief moeten worden samengewerkt tussen de Politieacademie, het Politiedienstencentrum en de eenheden”, zegt Den Uyl. “Docenten en ondersteuners moeten tijd vrijmaken om naast hun huidige taken het nieuwe onderwijsprogramma vorm te geven. Ook binnen Werving en Selectie, screening, Operationele Begeleiding en Training (OBT), huisvesting en op het gebied van informatievoorziening moet nog veel worden geregeld. Zoals ook bij eenheden die te maken krijgen met de versnelde instroom van nieuwe politiemensen.”

De kwaliteit van het politieonderwijs blijft volgens Den Uyl voorop staan. “Het nieuwe onderwijs maakt het mogelijk dat bij het korps een nieuwe generatie politieagenten instroomt die de kwaliteit van het politiewerk zeker stelt. Hiermee kunnen eenheden de uitstroom van ervaren collega’s opvangen.”

Bron: politie.nl

Deel dit artikel via: