RIVM: Paniek bij kernramp gevaarlijker dan straling

Volgens het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) vormt bij een eventuele kernramp paniek een groter gevaar dan de straling. Mensen zouden volgens een enquête grote risico’s nemen tijdens de vlucht of onnodig jodiumtabletten innemen.
Nederlanders denken volgens het RIVM ten onrechte dat er tijdens een kernramp in een groot gebied doden zullen vallen. Uit de angst daarvoor zullen zij halsoverkop vluchten waarbij ongelukken kunnen ontstaan. Stralingsdeskundige Harry Slaper van het RIVM zegt in het Algemeen Dagblad dat het belangrijk is het hoofd koel te houden als het misgaat. “Wat je zeker niet moet doen, is in de auto stappen en wegrijden. In huis ben je al beschermd: de stenen houden de straling tegen. Ook niet doen: de kinderen meteen een jodiumpil geven. Het kan uren of soms zelfs dagen duren voordat de wolk komt overdrijven. Bij te vroege inname is de pil uitgewerkt.”
Atoombom
Uit de enquête onder 350 Nederlanders van het RIVM zou blijken dat veel mensen een kernramp associëren met de gevolgen van een atoombom, zoals misvormde kinderen, dieren en planten. In werkelijkheid is volgens het RIVM alleen een zeer hoge dosis dodelijk en daarvan is bij een ongeval in een kerncentrale doorgaans geen sprake. Bij de ramp in de kerncentrale bij Tsjernobyl in 1986 stierven tientallen reddingswerkers aan stralingsziekte. Maar bij de ramp in het Japanse Fukushima in 2011 zijn alle door stralingsziekte getroffen werknemers weer hersteld. Bij lagere doses komt geen stralingsziekte voor, aldus het RIVM. Zo waren er bij de twee grote rampen geen gevallen van stralingsziekte onder mensen die niet op het terrein van de kerncentrales zijn geweest.

Deel dit artikel via: