Perceptie en realiteit dicht bij elkaar bij angst voor terrorisme
Risicoperceptie en risicorealiteit liggen dicht bij elkaar waar het gaat om terrorisme. Nederlanders schatten de kans om zelf slachtoffer te worden van een aanslag in als klein, wat overeenkomt met de realiteit. Hoewel terrorisme nog steeds een van de grootste zorgen is, is dit wel gedaald ten opzichte van eerdere metingen.
Dit blijkt uit twee publieksonderzoeken naar (risico)communicatie over terrorisme en terroristische dreiging in het algemeen, die de NCTV de afgelopen maanden uitvoerde: ‘Beleving en behoefte handelingsperspectieven bij een terroristische aanslag’ (Motivaction, 2018) en ‘Terroristische dreiging in Nederland: de risicoperceptie en mogelijkheden voor risicocommunicatie’ (Universiteit Leiden i.o.v. het WODC, 2017-2018). Daarnaast zijn de gegevens uit de voorjaarsmeting van de Risico- en Crisisbarometer meegenomen.
Begrip en vertrouwen
De onderzoeken tonen aan dat het Nederlands publiek er vertrouwen in heeft dat de overheid er alles aan doet om terroristische aanslagen te voorkomen. Men toont begrip voor fysieke veiligheidsmaatregelen en voelt zich hier over het algemeen ook veiliger door. Het gevoel van onveiligheid is wel iets hoger op plekken waar veel mensen samen komen (zoals stations, luchthavens, evenementen en andere drukke plekken). Maar dit leidt er vooralsnog niet toe dat mensen deze plekken actief mijden.
Informatiebehoefte latent
Het onderzoek laat zien dat de informatiebehoefte latent is: mensen zoeken zelf niet actief naar informatie over het onderwerp. Ze vinden wel dat de overheid hen actief moet informeren over ‘hoe te handelen bij een eventuele aanslag’.
Actuele gebeurtenissen in binnen- en buitenland kunnen van invloed zijn op de informatiebehoefte die mensen hebben. Daarom zijn periodieke publieksmetingen ook van groot belang om te meten wat de zorgen en de informatiebehoefte over het onderwerp zijn.
Perceptie en realiteit
In het algemeen wordt uit de onderzoeken duidelijk dat risicoperceptie en risicorealiteit heel dicht bij elkaar liggen waar het gaat om terrorisme. De Nederlandse burger schat de kans om zelf slachtoffer te worden van een aanslag in als klein. Dat komt ook overeen met de realiteit.
De resultaten van de onderzoeken worden meegenomen bij het verder vormgeven van de (risico)communicatie vanuit de overheid over het onderwerp terrorisme.