‘Politie moet burgerparticipatie meer omarmen’

Toen de 25-jarige Anne Faber eind september 2017 verdween, betekende dat een verandering in de manier waarop politie en burger samenwerken. In het verleden kreeg de politie al te maken met mensen die misdrijven willen oplossen door bijvoorbeeld zelf te gaan speuren. Echter de manier waarop dat gebeurde rond de vermissing van Anne Faber was ongekend.

Uit vorige zaken was al de les getrokken dat burgers zich niet tegen laten houden en omarmen van burgerinitiatieven het credo moet zijn. Zo vond er een duidelijke verschuiving plaats van het aloude ’tegenhouden’ naar het omarmen van burgerinitiatief. De zaak van Anne Faber was hier een grote versneller op. De familie Faber bleek zich immers goed te hebben georganiseerd, met een crisisachtige structuur en aangevuld met experts op diverse gebieden. Toch ontstond de samenwerking niet direct. Dat veranderde toen een algemeen commandant van de politie met hen sprak. Door dit gesprek groeide het wederzijds vertrouwen en ontstond een hechte samenwerking.

Lessen voor de toekomst
Uit de zaak Anne Faber moesten lessen voor de toekomst te trekken zijn, meende de Dienst Regionale Recherche van de Eenheid Midden-Nederland. Daarop verzocht zij de Politieacademie hier onderzoek naar te doen.
Onderzoeker Jerôme Lam: “Uit het onderzoek kwam naar voren dat vanaf het begin omarmen het uitgangspunt is geweest. Bij de zoektocht naar Anne Faber moest de politie echter rekening houden met meerdere scenario’s en had zij geen concrete aanwijzingen waar Anne zich kon bevinden. Daardoor werd het in eerste instantie geen politie-zoeking. Het echte kantelpunt kwam middenin de eerste week toen de jas van Anne werd gevonden en de familie meer regie door en contact met de politie wilde. Tot die tijd was de politie dus vooral ondersteunend aan de familie die wél zoektochten organiseerden, daarna ontstond meer vertrouwen en een hechtere samenwerking. Het zoeken naar Anne laat zich eigenlijk ook typeren als een zoektocht van de politie naar samenwerking met burgers.´

Baat
Voor het oplossen van een misdrijf of vermissing kan de politie baat hebben bij letterlijk meer ogen, oren en handen. Daarom stellen de onderzoekers dat de politie bij burgerinitiatieven zo snel mogelijk goede en duidelijke afspraken maakt. Die kunnen onder meer gaan over wanneer en op welke manier burgers opsporingshandelingen mogen en kunnen uitvoeren. De onderzoekers introduceren hiervoor de ‘participatie-judo’: maak contact met betrokkenen, beweeg mee en leid waar nodig.

Boek
Over het onderzoek is het boek ‘Schouder aan schouder: Burger- en politieparticipatie tijdens de vermissing van Anne Faber’ verschenen.

Meer over de uitkomsten van het onderzoek en een uitleg van participatie-judo is te vinden op: www.politieacademie.nl/onderzoek-anne-faber.

Deel dit artikel via: