Politie wil ANPR-camera’s weer voor opsporing gebruiken

Nadat bleek dat de politie onrechtmatig gebruik maakte van foto’s van kentekencamera’s, is deze wijze van opsporing direct beëindigd. Sjoerd Top, sectorhoofd van de dienst infrastructuur bij de Landelijke Eenheid, pleit er in een interview met NRC voor om foto’s van inzittenden wel weer te gebruiken bij ernstige misdrijven.

De politie gebruikt zo’n 300 ANPR-camera’s, waarmee onder andere gestolen auto’s zijn op te sporen. Ook worden er auto’s mee opgespoord waarvan de kentekenhouder nog hoge boetes heeft open staan. En recent bewezen de apparaten hun nut toen de vermoedelijke moordenaars van Peter R. de Vries dankzij kentekenregistratie snel konden worden aangehouden. Van de 300 ANPR-camera’s zijn er echter 55 waarmee ook de inzittenden van de auto scherp kunnen worden vastgelegd en dat zou in strijd zijn met de privacywetgeving.

Privacy beter beschermd
Volgens Top zorgen de ANPR-camera’s er juist voor dat de privacy van onschuldige burgers beter wordt beschermd. Zonder de foto’s zouden bij een ‘hit’ andere privacygevoelige gegevens opgevraagd moeten worden om te kunnen achterhalen wie er in de auto hebben gezeten. Te denken valt dan aan het uitpeilen van alle mobiele telefoons in de omgeving. Dat is niet nodig als uit de foto blijkt wie de chauffeur en eventuele passagiers zijn. Top juicht het toe dat de wetgever waarborgen heeft ingebouwd op de privacy van burgers te beschermen, maar stelt dat met de maatregelen soms juist het tegengestelde wordt bereikt. Wel stelt hij dat het gebruik van foto’s alleen moet plaatsvinden bij ernstige misdrijven, zoals een moord, een overval of het doorrijden na het veroorzaken van een dodelijke ongeval. Op het moment vindt onderzoek plaats naar hoe het gebruik van de foto’s gelegitimeerd kan worden. Totdat dit gereed is, worden de foto’s van ANPR-camera’s niet voor strafrechtelijke doeleinden gebruikt.

Deel dit artikel via: