Recidive overwegend stabiel gebleven

Het WODC evalueert elke twee jaar de recidive van personen die eerder een misdrijf hebben gepleegd. Een recent onderzoek tot halverwege 2022 onthulde dat de herhaling van strafbare daden, bekend als recidive, bij volwassenen redelijk constant bleef. Dit gold ook voor jeugdigen die vrijkwamen uit detentie. Echter, het percentage veroordeelde jeugdigen dat opnieuw in de fout ging, vertoonde een lichte toename in de loop der tijd.
Deze periodieke metingen door het WODC volgen zes specifieke onderzoeksgroepen en worden gerapporteerd in drie factsheets. Deze groepen omvatten individuen die tussen 2010 en 2019 schuldig zijn bevonden aan misdrijven of zijn vrijgelaten uit detentie of een straf hebben afgerond. Tot juli 2022 werd onderzocht of deze individuen nieuwe misdrijven in Nederland hadden gepleegd die tot vervolging door het Openbaar Ministerie of een veroordeling door de rechter leidden.
Vrij constant
Het rapport onthulde dat ongeveer 25 procent van de schuldig bevonden volwassenen binnen twee jaar recidiveerde, een percentage dat vrij constant bleef in de onderzochte periode. Voor jeugdigen die schuldig werden bevonden, vertoonde het tweejarige recidivepercentage echter een lichte stijging van 33 procent in 2012 naar 38 procent in 2019.
Terwijl het recidivepercentage van ex-gedetineerde volwassenen stabiel bleef, vertoonde dat van ex-gedetineerde jeugdigen fluctuaties maar bleef grotendeels onveranderd. Ook het recidivepercentage van ex-werkgestrafte volwassenen bleef constant, evenals het percentage ex-ondertoezichtgestelde volwassenen dat binnen twee jaar opnieuw de fout inging.
De bevindingen benadrukken de waarde van voortdurende monitoring en heroverweging van de aanpak om recidive te verminderen en een effectievere rehabilitatie van daders te bewerkstelligen, aldus het WODC.