Bouwbesluit

Het Nederlandse Bouwbesluit was een set technische en andere voorschriften die van toepassing waren op het bouwen, de staat en het gebruik van gebouwen, zoals woningen, kantoren, winkels en ziekenhuizen. Het Bouwbesluit omvatte voorschriften met betrekking tot veiligheid, gezondheid, bruikbaarheid, energiezuinigheid en milieu. Er waren overgangsregelingen voor gebouwen die al bestonden op het moment dat het Besluit van kracht werd. Op 1 januari 2024 werd het Bouwbesluit 2012 vervangen door het Besluit bouwwerken leefomgeving.
Er waren drie versies van het Bouwbesluit: Bouwbesluit 1992, Bouwbesluit 2003 en Bouwbesluit 2012. Het Bouwbesluit 1992, dat in 1992 van kracht werd, zorgde ervoor dat de technische bouwvoorschriften in het hele land uniform werden, ter vervanging van gemeentelijke bouwverordeningen. Op 1 januari 2003 trad het Bouwbesluit 2003 in werking als een herziene versie van het Bouwbesluit uit 1992. Een belangrijke wijziging was het schrappen van de verplichting voor buitenruimten en (buiten)bergingen bij nieuwbouwwoningen, evenals balkons of dakterrassen bij appartementen, als onderdeel van deregulering. Het Bouwbesluit 2012, dat op 1 april 2012 werd ingevoerd, integreerde onder andere het Sloopbesluit en het Gebruiksbesluit. De meest recente versie dateert van 17 oktober 2018 en verwijst naar NEN-normen en Eurocodes voor normen.
Het Bouwbesluit was een belangrijk instrument voor het waarborgen van de veiligheid van gebouwen. Het bevatte voorschriften en eisen waaraan nieuwe gebouwen, verbouwingen en renovaties moeten voldoen op het gebied van onder meer brandveiligheid, constructieve veiligheid, gezondheid, energiezuinigheid en toegankelijkheid. Zo bevatte het Bouwbesluit uitgebreide voorschriften voor brandveiligheid, zoals eisen voor brandwerendheid van constructies, vluchtroutes, brandmeldinstallaties en blusvoorzieningen. Door te voldoen aan deze voorschriften wordt de kans op branduitbreiding geminimaliseerd en worden personen en eigendommen beschermd. Verder stelde het Bouwbesluit eisen aan de constructieve veiligheid van gebouwen, zoals de draagkracht van vloeren, muren en daken. Dit zorgt ervoor dat gebouwen stabiel zijn en bestand zijn tegen belastingen, zoals wind, sneeuw en gebruiksbelasting. Ook dient de draagconstructie van een gebouw voor een bepaalde tijd tegen de hitte van een brand bestand te zijn.









































































































