Terrorisme-experts waarschuwen alert te blijven

Op 9 december werd het dreigingsniveau voor terrorisme verlaagd van ‘substantieel’ naar ‘aanzienlijk’. Volgens terrorisme-experts Beatrice de Graaf en Jelle van Buuren mag dat echter niet, zoals tien jaar geleden, een reden zijn om activiteiten van politie en inlichtingendiensten weg te bezuinigen. Tegenover de NOS verklaren zij waarom niet.

Even heeft Nederland in 2019 het hoogste dreigingsniveau ‘kritiek’ meegemaakt. Dat was op 18 maart toen de politie op zoek was naar Gökmen Tanis, die die dag willekeurige mensen in een Utrechtse tram had neergeschoten. Nadat de terrorist gepakt was, werd het dreigingsniveau weer ‘substantieel’ en op 9 december besloot de Nationaal Coördinator Terrorismebestrijding en Veiligheid (NCTV) het te verlagen naar ‘aanzienlijk’. Tien jaar geleden werd het dreigingsniveau ook verlaagd en dat leidde toen tot forse bezuinigingen op de inlichtingendiensten, speciale afdelingen van de politie en programma’s tegen radicalisering. Volgens De Graaf en Van Buuren was dat toen al onverstandig, maar nu zouden de gevolgen nog veel erger kunnen zijn, omdat de situatie heel anders is dan tien jaar geleden.

Achterstand
Als de dreiging weer toeneemt heeft de overheid volgens hoogleraar en terrorisme-onderzoeker aan de Universiteit van Utrecht Beatrice de Graaf direct een achterstand, omdat weer mensen opgeleid moeten worden. Dat was volgens Jelle van Buuren, terrorismeonderzoeker van de Universiteit Leiden, te zien bij de AIVD. Die was aan het begin van het decennium flink afgeslankt wat tot problemen leidde, toen het terrorisme in Europa ineens een enorme opmars doormaakte. Hij noemt de aanslagen in Parijs (2015), Brussel (2016), Nice (2016), Berlijn (2016), Manchester (2017) en Barcelona (2017) als voorbeeld. Die aanslagen waren volgens Buuren het rechtstreekse gevolg van de invloed van IS. Die organisatie is nu weliswaar praktisch verdwenen, maar er kunnen zo weer nieuwe leiders opstaan, die eenlingen en kleine groepen motiveren om een terroristische aanslag te plegen.

Aanslagen in Nederland
Het afgelopen decennium zijn er verschillende incidenten geweest die als terroristische daad zijn bestempeld. In 2011 schoot Tristan van der Vlist in een winkelcentrum in Alphen aan den Rijn zes willekeurige mensen dood. In 2016 gooiden vier mannen molotovcocktails naar een moskee in Enschede. In 2018 stak Malek F. in Den Haag verschillende mensen neer. Datzelfde jaar deed Jawed S. dat op het Centraal Station van Amsterdam en in 2019 was de aanslag in de Utrechtse tram. Dat er nog geen grote aanslagen zijn geweest, zoals in Brussel, Londen en Parijs, is volgens De Graaf en Van Buuren onder andere te danken aan de goede inlichtingenpositie van de AIVD en de politie. Ook de lokale aanpak is van groot belang, waarbij de overheid continu in gesprek is met allerlei organisaties die kunnen weten welke personen mogelijk een dreiging vormen. Een Arnhemse terreurcel, die in september 2018 werd opgerold, kon zo al in een vroeg stadium worden geïnfiltreerd, waarmee mogelijk een aanslag op een groot evenement is voorkomen.

Vertrouwen
De Graaf ontdekte ook dat veel mensen met terroristische plannen na tips van hun eigen familie of vrienden zijn opgepakt. Ze zien hun dierbare liever in de gevangenis dan in een mortuarium. Het vertrouwen in de autoriteiten en sociale controle speelt daarbij een belangrijke rol, aldus de hoogleraar. De experts benadrukken dat de dreiging niet alleen vanuit de islamistische hoek komt. Zij herinneren aan Anders Breivik die vanuit extreem rechtse ideologie een bloedbad aanrichtte en de aanslagen op de moskeeën in Nieuw-Zeeland waarbij 51 doden vielen. In Nederland worden extreemrechtse groepen aanzienlijk minder als dreiging beschouwd. Eenlingen, ofwel lone wolfs, worden wel als een gevaar gezien. Van Buuren waarschuwt dat een aanslag door iemand met psychiatrische aandoeningen en een overtuiging heel moeilijk zijn te voorkomen. “Dit soort personen voldoet misschien nu nog niet aan onze klassieke ideeën over een terrorist, maar er zou weleens meer geweld uit kunnen gaan voortkomen dan we tot nu toe hebben gezien.”

Deel dit artikel via: