Cao PB voorlopig niet algemeen bindend vanaf 2019
Leden van de Vereniging Beveiligingsorganisaties Nederland (VBe NL) hoeven voorlopig niet de door de minister van SZW en Rechtbank Midden Nederland algemeen bindend verklaarde cao Particuliere Beveiliging met terugwerkende kracht vanaf 30 april 2019 na te leven. Dat besliste de Raad van State maandag 15 november.
Er vindt al een jarenlange strijd plaats tussen enerzijds de Nederlandse Veiligheidsbranche, CNV Vakmensen en FNV en anderzijds VBe NL en De Unie. De Nederlandse Veiligheidsbranche wil haar cao Particuliere Beveiliging laten gelden voor alle particuliere beveiligingsorganisaties in Nederland, maar de concurrerende brancheorganisatie VBe NL houdt er een andere cao op na, de cao Veiligheidsdomein. De cao Particuliere Beveiliging is al op 30 april 2019 algemeen bindend verklaard om – zo zegt de Nederlandse Veiligheidsbranche – concurrentie op arbeidsvoorwaarden te voorkomen. De VBe NL kreeg echter diezelfde dag dispensatie, zodat de eigen cao in gebruik mocht blijven. FNV tekende bezwaar aan, maar dat werd 6 december dat jaar ongegrond verklaard.
Hoger beroep
FNV liet het er niet bij zitten. De vakbond ging in hoger beroep en werd 20 juli dit jaar in het gelijk gesteld. Daarom moeten ook VBe NL-leden sinds 23 oktober 2021 de cao Particuliere Beveiliging toepassen. De enige uitzondering geldt voor bedrijven die evenementen- en horecabeveiliging doen. Vernietiging van het besluit van dispensatie zou echter niet per 2021, maar per 2019 gelden. Dat houdt in dat de leden van VBe NL in principe de cao Particuliere Beveiliging ook al over de periode 2019 – 2021 zouden moeten toepassen. Reden voor VBe NL om naar de Raad van State te stappen, de hoogste algemene bestuursrechter in Nederland. Vernietiging van het dispensatiebesluit per 30 april 2019 zou bedrijven onder de cao Veiligheidsdomein met ingewikkelde administratieve verplichtingen opzadelen, zoals nabetaling van reiskosten die door de ene cao wel en door de andere niet worden vergoed. Later zouden die bedragen weer teruggevorderd moeten worden, als in een bodemprocedure de vernietiging van het dispensatiebesluit alsnog ongedaan wordt gemaakt. De voorzieningenrechter kwam daarom tot de conclusie dat het belang van VBe NL om in afwachting van de uitspraak in de nog te volgen bodemprocedure in de hoofdzaak geen uitvoering te hoeven geven aan de aangevallen uitspraak, zwaarder weegt dan het belang dat CNV Vakgenoten, FNV en de Nederlandse Veiligheidsbranche erbij hebben dat in afwachting van de uitspraak van de Afdeling in de hoofdzaak wel uitvoering wordt geven aan de aangevallen uitspraak. Daarom ziet de voorzieningenrechter aanleiding om bij wijze van voorlopige voorziening te bepalen dat de aangevallen uitspraak wordt geschorst.
‘Nieuwe onduidelijkheid’
De Nederlandse Veiligheidsbranche is niet content met het besluit van de Raad van State. “Hierdoor wordt weer nieuwe onduidelijkheid gecreëerd en blijft het risico van concurrentie op arbeidsvoorwaarden in onze branche bestaan”, zegt voorzitter Ard van der Steur. Hij benadrukt dat het opschorten (een ‘voorlopige voorziening’) niets zegt over de inhoudelijke uitspraak van het hoogste rechtscollege in deze zaak. “De Raad van State verwacht volgens hem snel uitspraak te kunnen doen en heeft om die reden de uitvoering van de beslissing van de rechtbank even on hold gezet. Wij hebben er alle vertrouwen in dat we uiteindelijk in het gelijk gesteld zullen worden. De minister zelf heeft eind oktober de cao Particuliere Beveiliging ook al voor twee jaar algemeen verbindend verklaard voor de hele bedrijfstak en een hernieuwd dispensatieverzoek van VBe NL afgewezen.”
Verschillen in werkzaamheden
Directeur Leon Vincken van VBe NL: “We zijn uiteraard blij met de uitspraak van de Raad van State. We hebben ook veel vertrouwen in de bodemprocedure. De minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft niet voor niets onze cao Veiligheidsdomein over deze periode gedispenseerd. Ook de Raad van State ziet dat er verschillen zijn tussen de werkzaamheden van leden van VBe NL en de andere brancheorganisatie. Dit rechtvaardigt een eigen moderne cao Veiligheidsdomein. Bovendien is tijdens de zitting door de minister verwoord dat het ministerie nog altijd staat achter het destijds genomen besluit.”
Geen open gesprek
Volgens Vincken is de Nederlandse Veiligheidsbranche de afgelopen jaren niet bereid geweest een open gesprek aan te gaan met VBe NL over de toekomst van het veiligheidsdomein. “Dit komt mede doordat de grote drie beveiligingsbedrijven daar het beleid volledig bepalen. Er is daarom ingezet op een rechtszaak in plaats van een constructieve en oplossende dialoog waarbij beide verenigingen hun eigen cao kunnen voeren. Op zich begrijpelijk als je ziet hoe inmiddels het veld is verdeeld en de monopoliepositie van de grote drie onder druk staat. Die zitten niet te wachten op een steeds groter wordende invloed van VBe NL. Feit is dat steeds meer ondernemers juist een stem willen als het over hun toekomst gaat en die vinden ze bij VBe NL. Zij willen juist investeren in de arbeidsvoorwaarden van hun werknemers en deze zelf meer regie en ruimte bieden. Bij grotere bedrijven is dat een lastig verhaal. Beide cao’s verschillen enorm, juist ook omdat onze leden meer doen dan alleen reguliere beveiliging bij grote meerjaren aanbestedingen.”
Volgende procedure
Voor de leden van VBe NL is er volgens Vincken voldoende duidelijkheid. “Voorlopig is de cao Veiligheidsdomein niet ‘on hold’ gezet. Wanneer de bodemprocedure is, heeft de rechter niet vermeld. Intussen bereidt VBe NL de volgende procedure voor omdat de minister wederom een uitspraak heeft gedaan over de dispensatie van de nieuwe cao. Ook hierin zal uiteindelijk de Raad van State haar oordeel moeten vellen. Duidelijk is wel dat de Raad van State heeft gezien dat het voor bedrijven te ingrijpend is om er op voorhand van uit te gaan dat een dispensatie niet zou zijn verleend.”
Volgens de Nederlandse Veiligheidsbranche zal pas een definitieve uitspraak worden gedaan als de zaak inhoudelijk behandeld wordt. Intussen heeft VBe NL alweer dispensatie aangevraagd voor de huidige cao Particuliere Beveiliging. De strijd is nog niet gestreden.