Veel minder crimineel vermogen afgepakt dan verwacht

Onder het motto ‘misdaad mag niet lonen’ is er in de periode 2010-2021 tenminste 634,1 miljoen euro geïnvesteerd in de jacht op crimineel verworven vermogen. Toch blijven de resultaten van de intensiveringen achter bij de verwachtingen, stelt de Algemene Rekenkamer op basis van onderzoek.
De instantie is nagegaan of het extra budget dat via vijf intensiveringen hiervoor in de periode 2010-2021 beschikbaar kwam, heeft geresulteerd in het afpakken van méér crimineel vermogen. De verwachting van de minister van Justitie en Veiligheid was namelijk dat met dat extra budget meer euro’s aan crimineel vermogen afgepakt konden worden. De Algemene Rekenkamer concludeert echter dat de politieke ambities groot waren, maar dat de realisaties achter bleven bij de door de minister van Justitie en Veiligheid gewekte verwachtingen.
Veel gezaaid, maar beperkt geoogst
Het extra budget is weliswaar ’terugverdiend’, maar de gerealiseerde meeropbrengsten bleven beperkt. Dit is volgens de Algemene Rekenkamer teleurstellend, omdat in dezelfde periode de minister het via ruimere wet- en regelgeving en beleid eenvoudiger maakte om crimineel vermogen af te pakken. Er is door de minister van Justitie en Veiligheid dan ook ‘veel gezaaid en beperkt geoogst’. Door de stapeling van de intensiveringen, maar vooral door een gebrek aan coherente registratie, evaluatie en archivering was het voor ons niet mogelijk om vast te stellen of het extra budget effectief en efficiënt is besteed.
Aanbevelingen
Het onlangs aangetreden kabinet-Rutte IV heeft eveneens grote ambities als het gaat om het afpakken van crimineel vermogen. De Algemene Rekenkamer adviseert de minister van Justitie en Veiligheid om eerst de basis van de afpak-keten op orde te brengen. Vervolgens kan verder worden gebouwd aan de hand van de ambities van het kabinet. Concreet wordt het ministerie aanbevolen om in overleg te gaan met het College van procureurs-generaal over het structureel verbeteren van de gehele afpak-keten en te bespreken op welke wijze meer samenhang tussen beleid en uitvoering aangebracht kan worden en daar realistische financiële doelen van af te leiden. Het advies is om daarbij ook de andere ketenpartners te betrekken.
Ambities uitvoerbaar maken
Andere aanbevelingen zijn het initiatief voor het samen (laten) komen van effectief beleid en een effectieve uitvoering; en daarbij te zorgen dat besluiten worden genomen. De afpak-keten dient op lange termijn versterkt te worden en het initiatief moet worden genomen om te (laten) bepalen op welke wijze de basis op orde komt, waarna de ambities uitvoerbaar worden.
De informatievoorziening over de doelen en de resultaten bij het Ministerie van Justitie en Veiligheid en het OM dienen op orde gebracht te worden, zodat alle benodigde informatie beschikbaar, geordend en toegankelijk is. Er moet één financiële doelstelling komen aangaande de te realiseren ontvangsten vanuit het strafrechtelijk afpakken van crimineel vermogen. Deze dient consistent uitgewerkt te worden voor de afzonderlijke ketenpartners en gemonitord te worden over de gehele keten.
Focus
Het afpakken van crimineel vermogen staat al een aantal decennia op de politieke agenda. Vanuit twee perspectieven wordt dit streven gevoed: dat misdaad niet mag lonen en dat rechtsherstel moet plaatsvinden. Verschillende kabinetten en ministers van Justitie en Veiligheid investeerden in het afpakken van meer crimineel vermogen. Op meerdere momenten kwam er extra budget beschikbaar om meer crimineel vermogen te kunnen afpakken.
De Algemene Rekenkamer wil in dit onderzoek beoordelen in welke mate de maatregelen die de ministers namen doeltreffend en doelmatig zijn geweest in het strafrechtelijk extra laten afpakken van opbrengsten uit criminele activiteiten middels de vijf intensiveringen. In dit onderzoek is gefocust op de financiële doelstellingen en resultaten over de periode 2010-2021. Daartoe relateert de Algemene Rekenkamer de bereikte resultaten aan de normale afpakzaken, dus exclusief hoge en bijzondere transacties, dit in lijn met het karakter van de intensiveringen.