In 2020 zijn 13.421 Halt-straffen opgelegd. Dat is aanzienlijk minder dan het gemiddelde van 16.500 over de afgelopen tien jaar. Volgens Bureau Halt komt dat omdat jongeren minder op straat waren door thuisonderwijs en de lockdown.

Er werden volgens het jaarverslag van Halt onder andere minder alternatieve straffen uitgedeeld voor schoolverzuim, winkeldiefstal en vernieling. Opvallend is dat maar één op de tien zaken te maken had met corona, zoals overtreding van het samenscholingsverbod. Vaker worden Halt-straffen uitgedeeld voor baldadigheid (van 1280 naar 1473) en verstoring van de openbare orde (van 1219 naar 1028). Het aantal straffen voor schoolverzuim nam het sterkst af, namelijk van 2401 in 2019 naar 968 gevallen in 2020. Daarentegen was er een grote stijging van het aantal verkeersdelicten (van 258 naar 1395), maar dat kwam omdat voor het eerst ook Halt-straffen werden gegeven voor het rijden zonder rijbewijs.

Coronapandemie
Een aantal alternatieve straffen kon in 2020 niet worden opgelegd vanwege de coronapandemie. Zo werden jongeren niet te werk gesteld in een verpleeghuis of op een kinderboerderij. In plaats daarvan moesten zij dan bijvoorbeeld boodschappen doen voor ouderen, helpen bij het huiswerk van familieleden of klusjes doen in huis. Als bewijs moesten zij foto’s en filmpjes opsturen.
Halt bestaat inmiddels alweer 40 jaar en is nog altijd bedoeld om jongeren tussen de 12 en 18 jaar na een mild vergrijp een taak te geven die slecht gedrag in de toekomst moet voorkomen. Als er een slachtoffer is, maakt het aanbieden van excuses ook deel uit van de straf. Directeur Janet ten Hoope benadrukt in het jaarverslag dat jongeren geholpen zijn met tijdige en pedagogische begrenzing, juist in een maatschappij waar veel aan de hand is.