Veel raadsleden weten niet dat gemeente regisseur veiligheidsbeleid is
72 procent van de raadsleden weet niet dat de regie op het lokale veiligheidsbeleid feitelijk bij de gemeente ligt.
Meer dan de helft van de raadsleden (56 procent) geeft aan dat de regie volgens hen bij de Veiligheidsregio ligt. Dit is de regionale voorziening die verantwoordelijk is voor de crisis- en rampenbestrijding en niet voor de lokale problematiek zoals jeugdcriminaliteit, overlast of woninginbraak.
Gevraagd naar waar de regie volgens hen behoort te liggen, geeft nog steeds een derde aan dat dit bij de Veiligheidsregio is. Dat blijkt uit een recent gehouden enquête dat het Centrum voor Criminaliteitspreventie en Veiligheid (CCV) onder raadsleden uitzette.
Veel gemeenteraden stelden afgelopen jaar een nieuw integraal veiligheidsplan vast met daarin de eigen lokale prioriteiten. De rol van de Veiligheidsregio in deze plannen is marginaal. Dat maakt deze uitkomst des te opvallender. Waarom raadsleden vooral de Veiligheidsregio kiezen als regisseur voor lokale veiligheid is niet bekend. Dit heeft wellicht te maken met de ‘misleidende’ naam van de Veiligheidsregio of eventueel met de vele stukken die vanuit de Veiligheidsregio bij de raadsleden in de gemeenteraad worden besproken, aldus het onderzoek (pdf) van het CCV.
Vier jaar geleden werd dezelfde enquête onder raadsleden gehouden. Toen koos 41 procent van hen de Veiligheidsregio als feitelijke regisseur. Gevraagd of de gemeenteraad voldoende invloed kan uitoefenen op de lokale inzet van de politie, vindt 42 procent van niet. Daarbij vindt 38 procent van de raadsleden dat er onvoldoende wijkagenten in hun gemeente werkzaam zijn.
Daarnaast is in kaart gebracht aan welke inhoudelijke onderwerpen raadsleden prioriteit geven op lokaal niveau. Woninginbraak staat hier met stip op de eerste plaats, gevolgd door verkeersveiligheid en huiselijk geweld.