Nederland laat veel buitenlandse politieverzoeken liggen
Het Landelijk Internationaal Rechtshulpcentrum (LIRC) van de politie, dat geheime internationale opsporingsinformatie verwerkt, kampt met ernstig personeelstekort en falende ict-systemen. Dat meldt het AD op basis van vertrouwelijke documenten.
Door personeelsgebrek en falende computersystemen loopt de speciale dienst ruim 3.900 rechtshulpverzoeken vanuit het buitenland achter. Daaronder kunnen volgens medewerkers ook cruciale terreurtips zitten. Ook met het signaleren van vermiste personen gaat het mis. Daar is de achterstand 5800 dossiers. Het LIRC krijgt zo’n 250.000 rechtshulpverzoeken per jaar. Dat aantal is in vijf jaar tijd bijna verdubbeld, zonder dat er extra personeel bij is gekomen. De 150 man tellende dienst zegt 100 man tekort te komen. Daardoor blijft ook heel belangrijke informatie liggen, zoals over de terrorist Ibrahim El Bakraoui die zich vorig jaar opblies op de luchthaven van Brussel. Hij was via Nederland naar België gereisd.
Verbeterprogramma
Volgens het AD erkent de politieleiding dat er problemen zijn bij het LIRC. Willem Woelders, plaatsvervangend eenheidschef van de Landelijke Eenheid, waar het LIRC onder valt zegt dat een half jaar geleden een verbeterprogramma voor de ict is gestart en dat er aan gewerkt wordt om de processen beter in te richten. Hij zegt ook dat verzoeken rond zware misdrijven en terrorisme altijd direct worden opgepakt en dat het team continu bezig is de juiste prioriteiten aan te brengen door in te schatten welke signalen direct opgepakt dienen te worden en welke later.