Nu Nederland geleidelijk uit de ‘intelligente lockdown’ komt, zien politie en verzekeraars het aantal woninginbraken weer oplopen tot het niveau van voor de coronacrisis. In de periode van maart tot juni was dat bijna gehalveerd. De politie schrijft de stijging toe aan het feit dat mensen weer vaker de deur uitgaan.

De politie kreeg in de week van 27 april tot 3 mei ‘maar’ 294 aangiftes van woninginbraak binnen. In dezelfde periode in 2019 waren dat er nog 731. Tussen het begin van de lockdown half maart en eind juni werden 6951 inbraken geteld, terwijl dat er een jaar eerder 11.041 waren. Half mei lag het aantal woninginbraken nog steeds een kwart lager dan normaal, maar werd wel alweer een toename geconstateerd. In juli zijn tot nu toe 510 aangiftes binnengekomen, terwijl het er de eerste helft van juli 2019 maar 60 meer waren.

Sterke toename verwacht
Volgens Sybren van der Velden komt het omdat inbrekers niet graag toeslaan als bewoners thuis zijn. Ze proberen geweld te vermijden. Wat ook meespeelt was het sluiten van de grenzen. Nu die weer open zijn en mensen weer naar het werk of op vakantie gaan verwacht de politie dat het aantal woninginbraken in juli en augustus weer sterk gaat toenemen.
De politie adviseert bewoners om weer ouderwets alert te zijn en bij afwezigheid de ramen en deuren goed af te sluiten en licht te laten branden. Een andere tip is om de woning er bewoond uit te laten zien, door bijvoorbeeld kranten op tafel te laten liggen.