Boa’s Amsterdam gebruikten wapenstok elf keer
Sinds 4 maart zijn in Amsterdam twintig buitengewoon opsporingsambtenaren (boa’s) bij wijze van proef uitgerust met een korte wapenstok. Uit een tussenevaluatie blijkt dat het wapen elf keer is gebruikt, waarvan tien keer rechtmatig, zo schrijft Trouw.
De proef, die in tien gemeenten draait, volgde op een aantal geweldsincidenten waarvan boa’s het slachtoffer werden. Er werd enkele keren actie gevoerd om geweldsmiddelen af te dwingen. De politiek was daar fel op tegen, omdat men vindt dat alleen de politie geweld mag gebruiken. De politie is echter lang niet altijd in staat om geweld tegen boa’s te voorkomen. Daarom gingen enkele gemeenten uiteindelijk akkoord met een proef, waarbij boa’s de beschikking krijgen over een korte wapenstok, die alleen gebruikt mag worden bij dreiging met ernstig fysiek geweld. De proef duurt tot maart 2022, waarna besloten wordt of de wapenstok definitief tot de uitrusting van boa’s gaat behoren.
Elf keer gebruikt
In Amsterdam is een tussentijdse evaluatie uitgevoerd. Die leerde dat de boa’s hun wapenstok tot 30 september elf keer hebben gebruikt. In tien gevallen was dat rechtmatig, dus uit zelfverdediging en proportioneel. Dat laatste wordt beoordeeld door een toezichthouder van de politie en een hulpofficier van justitie. In één geval waren er twijfels over het juiste gebruik van de wapenstok.
De korte wapenstok is in Amsterdam alleen verstrekt aan boa’s die werken in het centrum, waar de kans op agressie het grootst is. Zij hebben vooraf een training gekregen in het gebruik van het wapen, dat alleen bedoeld is om belagers op afstand te houden tot de politie arriveert.