Handhavers in Utrecht gebruiken handcomputers
Alle honderdveertig handhavers in de gemeente Utrecht maken in hun werk sinds kort gebruik van handcomputers.
De handcomputers werken data-gedreven, waardoor er nieuwe mogelijkheden bestaan. De data variëren van parkeergegevens en uitstoot tot overlast van hangjongeren en honden. Dit maakt dat zij hun werk slimmer en efficiënter kunnen doen en de registratie flink wordt verbeterd.
Alle bestanden belanden in een gezamenlijke database waaruit vervolgens lering wordt getrokken. De kosten bedragen in totaal zo’n 400.000 euro, waarmee ook de speciaal voor Utrecht ontworpen software is betaald. De gemeente zegt voorloper te zijn in de digitalisering van de handhaving. Utrecht is de eerste gemeente die werkt met het nieuwe type handcomputer van Sigmax en bijbehorende software. Projectleider Wilco van der Vosse legt uit dat de handcomputers zorgen voor een slimmere en efficiënte manier van handhaven.
Met dit systeem handhaven gemeenten bijvoorbeeld volledig digitaal op gevaarlijk en hinderlijk gestalde (brom)fietsen, te lang gestalde fietsen en fietswrakken: vanaf het inplannen van handhaafacties, het registrere van alle gelabelde fietsen, tot de logistieke en juridische afhandeling, allemaal op basis van de geldende APV. De mobiele oplossing is gekoppeld aan de applicatie van PerfectView voor de afhandeling van ingenomen fietsen in het fietsdepot. Bij het scannen van de labels op straat voegen handhavers naast de belangrijke kenmerken van de fiets eventueel ook ondersteunende foto’s toe. Deze worden direct gekoppeld aan een uniek fietsdossier.
Met de data-gedreven sturing ontstaan er nieuwe mogelijkheden. De data varieert van parkeergegevens en uitstoot tot overlast van hangjongeren en honden. Alle bestanden belanden in een gezamenlijke database waaruit vervolgens lering wordt getrokken, zo vertelt Van de Vosse. ‘Er worden allerlei zaken van de openbare ruimte vastgelegd. Niet alleen negatieve zaken zoals overtredingen, maar ook ‘normale’, dagelijkse zaken. Denk bijvoorbeeld aan speeltuinen, waarbij we iedere keer als we langslopen registreren hoeveel kinderen er op dat moment spelen.’