Helft Nederlanders te maken met poging tot identiteitsfraude
Maar liefst de helft van de Nederlanders heeft ooit te maken gehad met een poging tot identiteitsfraude. Toch denkt slechts 8 procent dat ze daadwerkelijk slachtoffer kunnen worden. Dit is het laagste percentage in Europa.
De meest toegepaste manier om identiteitsfraude te plegen is het sturen van e-mails, zogenaamd namens een bank, waarin de ontvanger wordt gevraagd zijn beveiligings- en persoonlijke informatie te updaten. Een ander veel voorkomend voorbeeld is het verzoek om geld te doneren aan een goed doel.
Ondanks dat persoonlijke gegevens tegenwoordig vaak digitaal opgeslagen worden, schuilt er ook nog altijd een aanzienlijk risico in de papieren opslag van fraudegevoelig materiaal. Nederlanders bewaren hun persoonlijke gegevens namelijk het vaakst in een kast of la thuis (27 procent) of in hun tas of portemonnee (23 procent), tegen 22 procent op een pc of op een laptop, telefoon of tablet (ook 22 procent).
Ruim vijftig procent van de Nederlandse respondenten is ooit in aanraking gekomen met een serieuze poging tot identiteitsfraude, terwijl twaalf procent hier daadwerkelijk slachtoffer van is geworden. In de meeste gevallen ging het om geld dat van de bankrekening werd gehaald. Andere voorbeelden zijn de aanvraag van een creditcard op naam van het slachtoffer, het openen van een nieuwe bankrekening onder een valse naam of zelfs het kopen van een huis onder andermans naam.
Gemiddeld duurt het in Nederland meer dan anderhalf jaar voordat slachtoffers zich bewust worden van identiteitsfraude. De situatie oplossen kost gemiddeld nog eens een goed jaar (11,8 maanden). Volgens de onderzoekers leed 71% van de slachtoffers een financieel verlies van gemiddeld meer dan € 6.000 per persoon in Nederland als gevolg van identiteitsfraude.
Wie dit soort problemen wil voorkomen, moet vooral voorzichtig zijn met het afgeven van kopieën van identiteitsbewijzen. ‘Eenvoudige maatregelen als het noteren van het doel en de datum op een kopie zal misbruik bij een andere organisatie of op een andere datum al kunnen voorkomen’, tipt Michel Savelkoul, manager van het Centraal Meldpunt Identiteitsfraude- en fouten.
De resultaten komen uit het Europese onderzoek “ID Fraud prevention research 2012”. Voor het onderzoek werden 5.507 respondenten ondervraagd in Engeland, Frankrijk, Duitsland, Nederland, Spanje, Italië, Polen, Rusland en België.