In haar requisitoir was de officier van justitie donderdag volstrekt duidelijk over de impact van een overval: “Het is de ergste nachtmerrie van mensen. Dat er opeens, vanuit het niets, overvallers binnenstappen een vuurwapen tonen en geld of andere zaken eisen. Je weet niet wat ze gaan doen, je weet niet waar ze toe in staat zijn.”

In de periode november 2018 tot en met februari 2019 hielden veel ondernemers in Helmond en omgeving hun hart vast. Er vond in die periode een golf aan gewapende overvallen plaats op supermarkten, cafetaria’s en tankstations. Tijdens een drukbezochte zitting stonden vier verdachten (20, 21, 21 en 22 jaar oud) uit Helmond, Aarle-Rixtel en Nuenen donderdag voor de rechter.

Angst als de winkelbel rinkelt
De overvallen van 2018 en 2019 hadden de nodige effecten. Bij veel ondernemers, maar ook bij bewoners was er sprake van angst: “Iedere keer als de winkelbel rinkelt, is er de angst dat er geen welwillende klant staat, maar mannen met een vuurwapen.” De gevolgen van de gepleegde overvallen waren groot: Niet alleen voor de direct betrokken medewerkers, maar ook breder. Klanten bleven weg, personeel was opeens veel lastiger te krijgen. En dat terwijl de getroffen winkeliers niets te verwijten viel.

Acht overvallen
Er vonden in totaal acht overvallen plaats die aan de verdachten gelinkt worden. De overvallen worden aan elkaar gelinkt omdat ze in korte tijd in dezelfde regio plaatsvinden en er opvallende overeenkomsten zijn wat betreft de werkwijze en het signalement van de daders. De eerste overval waarbij een concrete verdachte in beeld komt, is de overval op een cafetaria in Beek en Donk op 19 december 2018. Een van de verdachten werd op beelden herkend. Het onderzoek van de recherche richtte zich vervolgens op deze verdachte en de (wisselende) mededaders, die duizenden euro’s buit wisten te maken bij de overvallen.

Meer zaken
In maart 2019 werd het viertal opgepakt voor de overvallen, maar de verdenkingen stapelden zich al tijdens het onderzoek op. Behalve voor de overvallen, waren er namelijk ook zes woninginbraken in de regio, waaraan twee van de verdachten te linken zijn. Uiteindelijk legden drie van de vier verdachten bekennende verklaringen af. Er was dan ook een enorme bewijslast tegen de verdachten. Het ging onder meer om belastende tapgesprekken, maar ook om berichten op telefoons, beelden van bewakingscamera’s en gevonden kleding die verdachten tijdens de feiten droegen.

Lange gevangenisstraffen
Uit onderzoek naar de persoon van de verdachten, waaronder door een psycholoog, blijkt dat het herhalingsgevaar bij meerdere verdachten als gemiddeld tot hoog ingeschat moet worden. De reclassering ziet aanknopingspunten voor begeleiding en behandeling, om zo te proberen die herhalingskans te verminderen. Ook de officier ziet het belang van behandeling en begeleiding: “Maar dit kan ook op een later moment. Ik zie alle aanleiding om de rechtbank te vragen een jarenlange gevangenisstraf op te leggen.”

Eisen
Wat het Openbaar Ministerie betreft gaat de 20-jarige verdachte 10 jaar de cel in. De mannen uit Helmond en Aarle-Rixtel hoorden respectievelijk zeven en vijf jaar cel tegen zich eisen. De verdachte van 22 uit Nuenen had van de vier de minste zaken op zijn kerfstok. Daarom valt zijn straf met 4 jaar, waarvan 1 jaar voorwaardelijk, iets lager uit.

Bron: Openbaar Ministerie