Overheid wil reservisten als beveiligers bij terreurdreiging
Bij terreurdreiging schakelt het ministerie van Justitie en Veiligheid het leger in om vitale objecten te beveiligen. Defensie zegt echter hiervoor niet langer capaciteit te hebben. Daarom wordt voorgesteld om pelotons te vormen, bestaande uit reservisten, die bij dreiging snel gemobiliseerd kunnen worden.
Reservisten zijn te vergelijken met leden van de vrijwillige brandweer. Zij hebben een reguliere baan, maar moeten op bepaalde tijden direct kunnen opdraven als een incident optreedt. Zo kan Defensie flexibel reageren op calamiteiten, zonder dat onnodig veel beroepsmilitairen aangenomen hoeven te worden. Op het moment kunnen politie en marechaussee een beroep doen op Defensie als extra beveiliging van vitale objecten nodig is. Men rekent dan op pelotons, bestaande uit beroepsmilitairen, die binnen zes uur zijn in te zetten. Voor die militairen betekent dit dat er nog maar weinig echte vrije tijd overblijft. Want een deel van de tijd dat zij niet hoeven te werken, hebben zij oproepdienst. Zij moeten zich dan in korte tijd op de kazerne kunnen melden.
Opgeleid
Het Korps Nationale Reserve bestaat op het moment uit 69 pelotons van gemiddeld 30 militairen. Begin 2019 moeten er drie binnen zes uur beschikbaar zijn, als het ministerie van Justitie en Veiligheid daarom vraagt. In 2022 verwacht Defensie negen van dergelijke pelotons paraat te hebben. In de tussentijd wordt een selectie van reservisten samen met de politie en marechaussee opgeleid voor de nieuwe taak. Ook worden zij getraind in het gebruik van specialistische apparatuur, zoals nachtzichtkijkers. Reservisten ontvangen een vergoeding voor het beschikbaar zijn tijdens de oproepuren.