Politie bewaart onnodig miljoenen persoonsgegevens
De politie bewaart van zo’n 9 miljoen burgers de persoonsgegevens, die ook continu geactualiseerd worden. Ook als zaken zijn afgerond en zelfs als personen overleden zijn, worden de gegevens niet verwijderd. Dat schrijft Trouw op basis van een interne memo van de politie.
De politie heeft de wettelijke bevoegdheid om gegevens uit de Basisregistratie Personen op te vragen als die nodig zijn voor opsporing. Het gaat daarbij lang niet altijd om mensen die concreet ergens van worden verdacht. Ook over getuigen en slachtoffers kunnen gegevens worden opgevraagd. Dankzij een zogenoemde ‘afnemersindicatie’ worden de gegevens automatisch geactualiseerd, wat handig is als iemand verhuist. De Rijksdienst voor Identiteitsgegevens, die zich bezighoudt met veilig gebruik van persoonsgegevens, heeft al sinds 2015 kritiek op dit ‘abonnement op personen’ en nu maakt de politie zich er zelf ook zorgen over. Men zegt niet de wet te overtreden, maar zich wel te realiseren dat er onnodig veel persoonsgegevens worden bewaard.
Nieuw beleid
Er is nieuw beleid in de maak dat een einde moet maken aan het automatisch toekennen van een afnemersindicatie aan persoonsgegevens. Dat laatste mag binnenkort alleen nog bij verdachten of mensen met een wapenvergunning. Het is alleen nog een grote uitdaging om dit nieuwe beleid technisch mogelijk te maken, aldus de politie.
Privacy-expert Rejo Zenger van burgerrechtenorganisatie Bits of Freedom vindt dat de politie de wet wel degelijk overtreedt. Volgens de AVG mag een organisatie niet meer persoonsgegevens verzamelen en beheren dan noodzakelijk is om een bepaalde taak uit te voeren. Dat is onder andere om de gevolgen van een eventueel datalek te beperken. De politie is het eens dat met minder gegevens kan worden volstaan en zegt daaraan te werken.