In een gymzaal, te midden van basketbalbaskets en ingeklapte klimrekken, heeft de eerste zittingsdag plaatsgevonden in de megazaak tegen zestien hoofdzakelijk Nederlandse verdachten, die worden beschuldigd van tientallen plofkraken in Duitsland. Het evenement vindt plaats in het Beierse Bamberg, waar de zaak naar verwachting ruim zeventig zittingsdagen zal beslaan.

Het Duitse Openbaar Ministerie (OM) verdenkt de groep ervan als een georganiseerde bende 27 plofkraken te hebben gepleegd door heel Duitsland, waarbij naar schatting drie miljoen euro aan contant geld is buitgemaakt. Bovendien is er door de explosies een schade van 5,5 miljoen euro veroorzaakt.
Gezien de omvang van de zaak is de locatie van de rechtszaak niet een traditionele rechtszaal, maar de gymzaal van het opleidingscentrum van de lokale politie. De zestien verdachten worden vertegenwoordigd door een indrukwekkend aantal van ruim 30 advocaten en er is ook ruimte gemaakt voor tolken.

Nederlands exportproduct
Plofkraken zijn de laatste jaren een exportproduct geworden van Nederlandse criminelen, aangezien het gebruik van contant geld in Nederland afneemt en de geldautomaten steeds beter worden beveiligd. Duitsland heeft daarentegen nog steeds veel geldautomaten die vaak minder goed beveiligd zijn, waardoor het aantrekkelijk is voor deze bendes.
Volgens het OM heeft de groep vanuit een garage in Roermond geopereerd, waarbij verschillende rollen waren verdeeld, waaronder explosievenmakers, chauffeurs van vluchtauto’s en logistiek medewerkers. De verdachten zouden na de plofkraken met snelle auto’s voorzien van gestolen nummerplaten terug naar Nederland zijn gevlucht.

Logistieke problemen
Om te voorkomen dat de verdachten met elkaar kunnen communiceren, zijn ze verspreid over verschillende gevangenissen in heel Beieren ondergebracht. Dit heeft echter geleid tot logistieke problemen voor de advocaten, aangezien sommige verdachten zich op grote afstand bevinden van de rechtszaal.
Tijdens de eerste zittingsdag konden de advocaten inhoudelijk nog niet veel bespreken vanwege bezwaren tegen de grote hoeveelheid documenten die nog niet allemaal zijn doorgenomen. Daarom is de volgende zittingsdag verplaatst naar 8 mei. Het lijkt onwaarschijnlijk dat er dit jaar nog een uitspraak zal volgen.