Toename aantal slachtoffers van woninginbraak
Steeds meer mensen zijn de afgelopen jaren het slachtoffer geworden van woninginbraak of een poging daartoe. Ook denken steeds meer Nederlanders dat de kans hierop groot is.
In 2011 werden naar schatting bijna 100.000 meer Nederlanders het slachtoffer van deze vorm van criminaliteit dan in 2008. In het westen en zuiden van Nederland wonen relatief de meeste slachtoffers, aldus het CBS. De onderzoeksresultaten zijn gebaseerd op de Integrale Veiligheidsmonitor. Dit is een landelijke en jaarlijks terugkerende enquête onder Nederlanders van vijftien jaar en ouder.
Het aandeel Nederlanders bij wie thuis in de afgelopen twaalf maanden werd ingebroken, steeg van 2,5 procent in 2008 naar 3,1 procent in 2011. Het gaat dan zowel om pogingen tot inbraak zonder dat er iets is gestolen, als om inbraken waarbij daadwerkelijk iets is gestolen uit de woning. Het aandeel slachtoffers van inbraak met diefstal is tussen 2008 en 2011 gestegen van 1,1 naar 1,5 procent, een toename met bijna vijftigduizend slachtoffers.
Het aandeel mensen dat de kans op woninginbraak in het komende jaar (heel) groot acht, is gestegen van 5,5 procent in 2008 naar 6,9 procent in 2011. De persoonlijke ervaring van een inbraak is van grote invloed op deze inschatting. Van degenen die recentelijk een woninginbraak of een poging daartoe hebben meegemaakt denkt 35 procent dat de kans om (weer) slachtoffer te worden (heel) groot is. Dat is ongeveer zes keer zo veel als bij personen die geen slachtoffer zijn geweest.
In minder verstedelijkte provincies, zoals Drenthe, Zeeland, Overijssel en Friesland, zijn relatief minder slachtoffers van (poging tot) inbraak dan in sterker verstedelijkte provincies zoals Zuid-Holland, Utrecht, Noord-Holland, Limburg en Noord-Brabant. Ook de inschatting van de kans op woninginbraak is grofweg volgens dit patroon over het land verdeeld.
Link: cbs.nl