NS-personeel: ‘met agressiemeldingen wordt toch niets gedaan!’
57 procent van het rijdend NS-personeel meldt niet langer alle incidenten. 6 procent zegt niets over fysiek geweld of een beroving en 6,7 procent meldt zelfs een bedreiging met een wapen niet. Dat blijkt uit onderzoek door spoorwegvakbond VVMC en het Algemeen Dagblad.
Staatssecretaris Sharon Dijksma van Infrastructuur en Milieu zegt erg geschrokken te zijn van de cijfers en vindt dat elk incident gemeld moet worden. Ruim de helft van de conducteurs en machinisten doet dat echter niet (meer) omdat het gevoel heerst dat er toch niets mee wordt gedaan. Zelfs bedreigingen met wapens, seksuele intimidatie en berovingen worden niet altijd gemeld, aldus het AD. Twee derde van de ondervraagde medewerkers denkt dat er met de meldingen niets wordt gedaan en bijna een kwart is zelfs bang dat de werkgever de meldingen tegen hen gebruikt. Dijksma trok onlangs 10 miljoen euro uit om de veiligheid op de trein te verhogen. Dat geld is vooral nodig voor dubbele bemensing op treindiensten waar regelmatig incidenten plaatsvinden, zoals tijdens uitgaansavonden. De NS-medewerkers vinden echter dat ook harder gehandhaafd en strenger gestraft moet worden. Er moet volgens hen een einde komen aan oeverloos praten over oplossingen, zonder dat er iets gebeurt. De meesten willen de spoorwegpolitie terug en dat de poortjes op de stations eindelijk dicht gaan. Daarnaast wil veiligheidspersoneel over pepperspray en een wapenstok beschikken.
Twee derde van de ondervraagden heeft het afgelopen jaar één tot tien keer geweld meegemaakt in de trein of op het station. Tien procent is vaker dan twintig keer geconfronteerd met geweld. Daarbij gaat het om schelden, schoppen, slaan, spugen en bedreigen. Acht conducteurs meldden zelfs een wurgpoging, terwijl een ander tussen de trein en het perron werd geduwd. Ook werd een conducteur geslagen met de drinkbak van een hond. Dergelijke incidenten komen volgens de ondervraagden veel vaker voor dan de NS stelt, omdat veel agressie niet wordt gerapporteerd. De belangrijkste oorzaken van agressie zijn volgens de NS-medewerkers zwartrijders die betrapt worden, alcohol- of drugsmisbruik, stoerdoenerij en frustratie door vertragingen. De NS zegt intussen dat al heel veel maatregelen zijn genomen. Zo zijn het afgelopen jaar op 22 stations agenten gestationeerd. Daarnaast zijn op tientallen kleine en middelgrote stations extra beveiligingscamera’s geïnstalleerd en zijn de toegangspoortjes her en der versneld in werking gesteld om zwartrijden tegen te gaan. De NS zegt de vinger aan de pols te houden om vast te stellen of de maatregelen werken. Verder kost het tijd om personeel te werven en op te leiden. De NS heeft de Universiteit Utrecht een breed onderzoek laten opzetten naar het veiligheidsgevoel onder treinpersoneel en het effect van de genomen maatregelen.